Soms gaat het bijna mis bij het autorijden. Wat kun je leren van gevechtspiloten?
Blind rijden
Soms denk je wel eens dat andere mensen blind zijn. Hoe kunnen ze je nou niet zien? Maar als je heel eerlijk bent, heb je zelf ook wel eens iets gemist. Vaak gaat het (net) goed. John Sullivan is een piloot in een gevechtsvliegtuig en een enthousiaste wielrenner. In een artikel: “A Fighter Pilot’s Guide to Surviving on the Roads” heeft hij uiteengezet waarom autorijders het verkeer niet goed zien en wat je kunt doen om het beter te zien.
Het gaat te snel
In het kort komt het er op neer dat ons lichaam en specifiek onze ogen zijn niet geschikt om objecten welke op hoge snelheden op ons afkomen te zien. Wij moeten rechtstreeks naar iets kijken om het waar te nemen. Ons perifere blikveld neemt gewoon te weinig waar. En onze slimme hersenen maken het nog wat erger. Als je met je hoofd beweegt om de omgeving te scannen vult je hersenen de gaten op met aannames wat het denkt te zien. Geloof je het niet? Doe de test in het artikel maar eens.
Op zich is dat best handig. Dat voorkomt dat onze hersenen overbelast raken. Maar wat betekent dit bij een drukke kruising?
Naast dit gezichtsbedrog hebben wij door ons gebrekkige perifere blikveld ook nog last van een ander soort gezichtsbedrog. John Sullivan noemt dat ‘relative movement’. Ofwel het fenomeen dat een andere voertuig op aanrijdingskoers maar vanuit jouw perspectief op dezelfde plek blijft.
Kruisingen
Kruisingen zijn met name gevaarlijk. Je hebt vast wel geleerd om eerst naar links, dan naar rechts en dan nog een keer naar links te kijken voordat je oversteekt. Maar weet je dan wel zeker dat je alles gezien hebt?
Het is namelijk best mogelijk dat je net een stukje ‘beeld’ hebt overgeslagen en daar een fiets/motor gemist hebt. Hoe kleiner het voertuig hoe groter de kans immers.
Tips
De luchtmacht bestudeert ongelukken uitgebreid om deze in de toekomst te voorkomen. Als je deze praktijken doortrekt naar het verkeer op de weg, dan zijn er de volgende tips voor automobilisten en fietsers.
Automobilisten:
- Minder vaart als je bij een kruising of splitsing aankomt. Ook al rij je al slechts 30 kilometer per uur of is er ogenschijnlijk geen andere weggebruiker. Als je snelheid mindert, kun je auto’s zien welke je misschien gemist hebt. Bovendien zie je dan beter hoe ver weg een andere weggebruiker daadwerkelijk verwijderd is.
- Kijk minstens twee keer links en rechts en scan niet op één plek, maar kijk naar drie plekken. Dichtbij, midden afstand en ver weg. Gevechtspiloten noemen dit een “lookout scan”.
- Zet je lichten aan als de zon laag hangt, daarmee verhoog je het contrast en dus de kans dat jouw auto gezien wordt door andere weggebruikers.
Fietsers:
- Erken dat er een risico is dat automobilisten eerder andere auto’s zien en fietsers soms niet lijken te zien. Zorg dat je het contrast verhoogt door lichte kleding (reflecterende kleding is echt niet suf) en fietsverlichting te gebruiken.
- Als de zon laag hangt, kun je beter een route met gevaarlijke kruispunten vermijden. Je kunt natuurlijk je fietslichten aanzetten, maar waarschijnlijk geven ze niet zo veel licht dat het echt je zichtbaarheid vergroot.
- Kijk bij kruisingen naar het hoofd van de automobilist. Als zijn/haar hoofd niet stopt op de plek waar jouw fiets staat, dan is de kans groot dat de automobilist jou niet gezien heeft, maar over je heen heeft gescand. Het is dan oppassen!